Blog

Soms komt het voor dat een werknemer werkt in een functie die helemaal op hem is afgestemd en die bijna nergens anders voorkomt. Dit wordt een witte ravenbaan genoemd. Het UWV moet hier zorgvuldig mee omgaan, vooral wanneer het gaat om het vaststellen van de mate van arbeidsongeschiktheid.

 

Normaal gesproken kijkt een arbeidsdeskundige van het UWV naar wat iemand daadwerkelijk verdient als die persoon weer werkt in passend werk en daarmee meer dan 20% van het oude loon verdient. Door de versnellingsmaatregel ‘Praktisch Beoordelen’ wordt er dan geen theoretische beoordeling uitgevoerd. Het UWV kijkt dan alleen naar de inkomsten: hoe meer de werknemer verdient, hoe minder arbeidsongeschikt hij is. Maar er is een belangrijke uitzondering. Als het werk speciaal voor de werknemer is gecreëerd en nauwelijks voorkomt op de arbeidsmarkt, dan mag het UWV niet op basis van inkomsten beoordelen. In dat geval moet er alsnog een theoretische schatting worden gedaan. Onderstaande casus maakt dit duidelijk.

 

Casus 

Paul werkte jarenlang als loodgieter maar werd ziek. Hij kreeg een WGA-uitkering en kon een paar jaar niet werken. Later vindt hij opnieuw werk als loodgieter bij een nieuwe werkgever. Deze werkgever past de functie helemaal aan op de beperkingen van Paul:

  • Paul mag zijn eigen werktempo bepalen.
  • Hij mag altijd hulp vragen aan een collega.
  •  Als Paul zijn taken niet af krijgt, wordt er extra personeel ingezet om het werk toch af te ronden.
  • Zwaar fysiek werk hoeft hij niet meer te doen; collega’s nemen dat over.
  • Eén dag per week werkt hij op kantoor en doet hij administratieve taken.

Na een paar jaar wordt Paul opnieuw beoordeeld door het UWV. Bij een praktische schatting komt het UWV uit op 56% arbeidsongeschiktheid. Maar de vorige werkgever, die als eigenrisicodrager (WGA ERD) de WGA-uitkering moet betalen, maakt bezwaar. Deze werkgever vindt dat de functie van Paul zó bijzonder en op hem toegesneden is, dat andere werkgevers deze baan niet op dezelfde manier aanbieden. Het is dus een witte ravenbaan.

Het UWV geeft de werkgever gelijk. Deze aangepaste loodgietersfunctie komt op de arbeidsmarkt tegen eenzelfde beloning en belasting niet voor. Daarom mag het UWV niet praktisch schatten. Er volgt dan een theoretische schatting, waarin wordt gekeken naar functies die wél algemeen voorkomen. Deze schatting leidt tot de conclusie dat Paul volledig arbeidsongeschikt is. Omdat zijn beperkingen blijvend zijn, krijgt hij een IVA-uitkering.

Paul mag blijven werken in zijn witte ravenbaan, maar zijn inkomsten worden wel verrekend met zijn IVA-uitkering. 

 

Tip

Het vaststellen of werk een witte ravenbaan is, kan lastig zijn. Toch is het heel belangrijk om het UWV hierop te wijzen. Een verkeerde beoordeling kan namelijk grote financiële gevolgen hebben voor zowel werknemer als werkgever. Het kan het verschil maken tussen een weigering van een WIA-uitkering omdat de werknemer minder dan 35% arbeidsongeschikt is, of het recht op een IVA-uitkering. Door alert te zijn op de kenmerken van een witte ravenbaan, kun je veel problemen én kosten voorkomen.

Advies binnen handbereik
bij complexe verzuimcasussen?

Sluit nu een VeReFi Plus of Premium abonnement af
en stel jouw vragen aan één van onze experts van de Adviesdesk.

Geschreven door

Emir Ljucevic, Jurist